×

Recensie

Soul / Hiphop

25 april 2017

Johnny ‘Guitar’ Watson

At Onkel Pö's Carnegie Hall, Hamburg 1976

Geschreven door: Ron de Joode

Uitgebracht door: Deltamusic

At Onkel Pö's Carnegie Hall, Hamburg 1976 Johnny 'Guitar' Watson Soul / Hiphop 4 Johnny ‘Guitar’ Watson – At Onkel Pö’s Carnegie Hall, Hamburg 1976 Written in Music https://writteninmusic.com

Begonnen in de blues en daar hard aan gewerkt in de 50’s en 60’s om vervolgens de bakens te verzetten richting de funk en de rhythm & blues in de 70’s. Het was ook meteen de meest succesvolle periode van de man die iedereen kent van die ene hit uit 1977, die uitgroeide tot een funkevergreen: Johnny ‘Guitar’ Watson. Maar Watson is veel meer dan A Real Mother For Ya.

Gedurende die tocht naar dat succes speelde hij onder andere met Sam Cooke, Herb Alpert, George Duke en Frank Zappa (luister vooral naar One Size Fits All uit 1975) en begon het funktijdperk met het nu klassieke album Ain’t That A Bitch (1976). Daarop is verplichte funkkost als Superman Lover te vinden en was het de start van een serie albums, die steeds een logisch vervolg waren op elkaar: A Real Mother For Ya (1977), Funk Beyond The Call Of Duty (1977), Giant (1978), What The Hell Is This (1979), Love Jones (1980) en That’s What Time It Is (1982). Albums, die alhoewel ze enkele keren via kleine labels heruitgebracht zijn, een betere remaster verdienen, dan die belabberd klinkende laatstelijk verschenen Cherry Red versies.

Watson is al lang niet meer onder ons, want hij stierf alweer 21 jaar geleden aan een hartaanval tijdens een optreden in Yokohama, Japan. Zoals een muzikant betaamt eigenlijk. Tragisch, maar tegelijkertijd de enige plek waar de rikketik het mag begeven.

Vrij onverwacht verscheen opeens een live-album van de gitarist, waarop opnames uit 1976 zijn te horen, die zijn gemaakt in Onkel Pö’s Carnegie Hall in Hamburg. Onkel Pö’s Carnegie Hall was een legendarische jazzclub die in de ruim 15 jaar dat het geopend was een hele waslijst van grote namen uit de jazz op het podium heeft gehad. De naam doet anders vermoeden, maar het is dus zeker geen achteraf zaaltje um die ecke van de Reeperbahn, maar een in die tijd tamelijk gerenomeerde club, die ertoe deed.

Doordat het album is gestoken in een wanstaltige hoes, wordt meteen de indruk gewekt dat dit krakkemikkige opnames zijn, die zijn uitgebracht door een vage, obscure budgetmaatschappij en er daardoor geen enkele motivatie is om dit album te gaan beluisteren. Niets is echter minder waar, want de geluidskwaliteit is van een bovengemiddeld meer dan acceptabel niveau. En dat is vooral te danken aan de NDR, de Noord-Duitse publieke omroep, die dit concert heeft opgenomen voor radiouitzending, zoals dat vroeger wel vaker gebeurde op goede apparatuur. Het was de tijd dat publieke omroepen nog voldoende budget hadden voor dergelijke operaties. Ook andere, in deze serie verschenen albums kennen eenzelfde coverontwerp.

Toen Watson in Hamburg op de planken stond, was Ain’t That A Bitch nog niet lang daarvoor verschenen. Het optreden in Onkel Pö was echter niet een greatest hits show of een gig waar hij plichtmatig het nieuwe werk speelde. De doorgaans goed geïnformeerde bezoeker van deze jazzclub nam daar geen genoegen mee. Watson speelt daar dan ook handig op in door te komen met een setlist die gekenmerkt wordt door herkenbaarheid, maar tegelijkertijd onvoorspelbaarheid. Aspecten die liveoptredens nu net die toegevoegde waarde geven.

De nu op CD verschenen registratie telt slechts 9 nummers, die in speelduur nogal variëren: de kortste track klokt 4 minuten, het langste stuk duurt ruim een kwartier. En de setlist bestaat uit een dwarsdoorsnede van oud en recent werk.

Watson en zijn band zet de bezoeker en luisteraar al tijdens de eerste noten van het optreden op het verkeerde been door Earth, Wind & Fire’s Can’t Hide Love in te zetten om dan binnen no time over te schakelen op Mr Magic, een jazzfunkklassieker van Grover Washington uit 1975. Watson stopt nogal wat blues in dit nummer en die bluesinjecties lopen als een rode draad door het hele optreden door. Per slot van rekening liggen ook daar zijn roots.

Opvallend aan het optreden in Hamburg is de intieme sfeer en het contact met het publiek. De NDR heeft alleen een analoge tape laten meelopen en bij de mastering van deze opnames is niet gesleuteld aan de opnames, laat staan dat er overdubs of andere kunstmatige toevoegingen hebben plaatsgevonden. En dat is uitstekend te horen hoe de registratie van deze gig klinkt en is opgebouwd: de sfeer die er toen geweest moest zijn, het enthousiasme in het spel, het improviseren en de muzikaliteit van de band, het komt allemaal over zoals het bedoeld is.

Watson stond niet alleen bekend om zijn karakteristieke gitaargeluid, maar ook zijn vraag- en antwoordscats en raps, waardoor de uitwerking van de composities een reactie was op de reactie van de omgeving waarin deze gespeeld werden. Dat is in dit geval goed te horen op I Don’t Want To Be A Lone Ranger en vooral in de lang uitgesponnen T Bone Walker compositie Stormy Monday, dat blues in optima forma is en laat horen hoe strak de band is die daar op dat podium gestaan heeft. Ook in de kortere, maar niet minder effectieve Superman Lover en Ain´t That A Bitch krijgen deze al op plaat niet misselijke tracks live een extra dimensie, die live optredens nu zo spannend maken. Ook het ruim 15 minuten durende en van Ain´t That A Bitch bekende I Need It is een superspannende jam, waarin naast de plichtmatige, maar spetterende solo´s bij de bandintro het nummer ontaardt in een swingende climax. Wat moet het daar in december 1976 in Hamburg een vette avond geweest zijn als dit allemaal zo wordt terug gehoord.

Het is heel goed dat At Onkel Pö’s Carnegie Hall een release heeft gekregen, alleen al om nog eens te horen wat voor goede muzikant én entertainer Johnny ´Guitar´ Watson eigenlijk wel niet was. En dat op een moment dat het grote publiek nog kennis moest maken met deze gangster of love. Tel daarbij de goed geconserveerde NDR-opname bij op en ondanks die vreselijke hoes is dit album een op en top aanrader.

Tracklist At Onkel Pö’s Carnegie Hall, 1976

  1. Mr. Magic 5:40
  2. I Don’t Want To Be A Lone Ranger 4:27
  3. Stormy Monday 10:57 (T Bone Walker cover)
  4. Superman Lover 5:22
  5. Gangsters Of Love 5:06
  6. Ain’t That A Bitch 5:20
  7. Cuttin’ In 3:47
  8. I Need It 15:05
  9. Signature Tune 0:34


  1. Mr. Magic (Live)
  2. I Don't Want to Be a Lone Ranger (Live)
  3. Stormy Monday (Live)
  4. Superman Lover (Live)
  5. Gangsters of Love (Live)
  6. Ain't That a Bitch (Live)
  7. Cuttin' in (Live)
  8. I Need It (Live)
  9. Signature Tune (Live)