Rodney DeCroo
Campfires On The Moon
Het is ongeveer een jaar geleden dat dit album aan de overkant van de oceaan werd uitbracht, zo’n vijf jaar na de voorganger Queen Mary Trash die door het intrigerende Mocking Bird Bible werd voorafgegaan.
Jaren voordien werd de diagnose van posttraumatische stress stoornis vastgesteld die in combinatie met een hardnekkige alcoholverslaving het leven van de gevoelige poet jaren lang domineerde. Rodney leidde een teruggetrokken bestaan in Vancouver en de afgelopen jaren stonden helemaal in het teken van het herstel en orde op zaken stellen in zijn tumultueuze bestaan.
Op Campfires On The Moon brengt de singer-songwriter met de fragiele, enigszins uitgeknepen stem persoonlijke verhalen uit zijn eigen getormenteerde leven, het is eerder voordragen dan zingen, sober omringd met drie akoestische instrumenten. Rodneys akoestische gitaar, de piano en de alomtegenwoordige tedere vocale backing van Ida Nielsen en de contrabas van Mark Haney, die de sombere ondertoon onderstreept , begeleiden de muzikale snapshots.
Stupid Boy In an Ugly Town is zo’n schaamteloos eerlijk verslag waarin een episode uit Rodney’s leven blootlegt. Meestal gaat het er wat minder expliciet aan toe waardoor een onbehaaglijk gevoel gecreëerd wordt zoals in White Circles waarin hij worstelt met zijn demonen, “what you call emptiness is just how you live” horen we prevelen in Tear All Lovers Down, Young With You en Ashes After Fire ademen een identieke troosteloosheid uit en roepen gitzwarte beelden van onpeilbare wanhoop uit.
Naakte, confronterende feiten worden enigszins getemperd door het fijne pianospel en de wondermooie achtergrondzang en intelligent verwoord in poëtische omschrijvingen. Briljante songpareltjes voor de gemotiveerde luisteraar die tijd uittrekt om ze geduldig te ontsluiten.