Sinds 2001 stuurt Rod Picott  vanuit Nashville zijn muziek de wereld in met langspelers als Tiger Tom Dixon’s Blues profileert hij zich als een oprecht klinkende troubadour met zijn persoonlijke songwerk zoals Fortune en de recente dubbellaar Out The Past Wires illusteren.

Rod Picott maakte de afgelopen tijd een zware periode door, een versleten rug, een gevolg van zijn werk als bouwvakker en de daarbij horende hardnekkige slaapproblemen. Tot overmaat van ramp  was er een ronduit verontrustende diagnose van de cardioloog. Na het fysieke herstel keert Picott terug naar de essentie, met enkel zijn akoestische gitaar en harmonica als metgezel van zijn verweerde zang geeft hij de luisteraar inzicht in zijn innerlijke toestand. We horen een onweer op de achtergrond I’m broken as a bone going up in smoke”, zo gaat het refrein van Ghost.

In het verleden werkte Picott meermaals samen met Slaid Cleaves en dat is nu weerom het geval. In Mama’s Boy exploreert hij zijn kindertijd, in zijn familie leefde de traditie van de bokssport ongemeen sterk, Picott’s oom was een professioneel zwaargewicht bokser en het hoofdpersonage uit Tiger’s Tom Blues, de titeltrack van  Picott’s debuut. Vader en grootvader stonden eveneens in de ring, de druk om het tengere ‘mama’s kindje’ de handschoenen aan te binden, gebeurtenissen die  blijven wegen op het hoofdpersonage.

Mark beschrijft de impact van de zelfmoord van een zeventienjarige knaap in Maine terwijl Spartan Hotel een sombere schets van de periode in een coverband, een oudere song die ruim twee verborgen bleef maar helemaal aansluit bij de sombere teneur.

Naast die wrange persoonlijke herinneringen die hier passeren vermeldt het poëtische A Beautiful Light Ben de la Cour, een jongere  verwante ziel, die vorig jaar werd opgemerkt met The High Cost Of Living Strange, als co-auteur. 80 John Wallace werd met hulp van Stacy Dean Campbell gecomponeerd en evenals de overige songs in de intimiteit van de huiskamer opgenomen.

Rod Picott zal ongetwijfeld voor ontroerende momenten zorgen met dat rauw realistish songwerk tijdens zijn solopassage in oktober op VanSlag in Borger en Ramblin ‘Roots.