×

Interview

23 november 2018

Een onverwachte en warme ontmoeting met Joachim Cooder

Geschreven door: Philippe De Cleen

joachim

Het concert van Ry Cooder in de Antwerpse Stadsschouwburg op 11 oktober jl was om verschillende redenen heel bijzonder. Een van die redenen is het gesprek dat we hadden met Ry’s zoon, Joachim Cooder. Voorafgaand aan het concert kregen we hem, na een wat gekke rit doorheen het grote gebouw, te spreken. Een halfuurtje tijd werd ons toebedeeld in de comfortabele backstage van de zaal, terwijl op de achtergrond zalige sfeerklanken van de allerlaatste repetitie weerklonken. Ruimschoots voldoende om wat naderbij kennis te maken met deze bijzondere muzikant die ontzettend rustig en beheerst overkwam en vooral uitblonk in humor en relativeringsvermogen.

WiM: Dag Joachim. Fijn dat je ons wilde ontvangen. Vertel eens, je hebt recent een EP Fuchsia Machu Picchu gemaakt en dat heeft alles te maken met je dochter, niet?
Ja hoor. Dat klopt helemaal. Het hele project begon eigenlijk bij haar. Eerder had ik als drummer/componist eigenlijk nooit echt materiaal gemaakt dat bedoeld was om bij te zingen, dat was evenmin de intentie.

Het vertrekpunt van de EP was de Fuchsia Machu Picchu plant, een fuchsia variant. Mijn vrouw (muzikante/zangeres Juliette Comagere) en ik kochten een ouder, vervallen huis. Bij de werken aan het huis en de inrichting ervan wilden we natuurlijk ook iets doen aan de tuin. Vervolgens gingen we kijken naar planten. Een van de eerste planten die we tegenkwamen was de Fucchsia Machu Picchu plant. Bij eerste kennismaking met die best exotische naam, noteerde ik het al in mijn achterhoofd om eventueel later te kunnen gebruiken.

Je moet ook weten: L.A. is een warme lokatie, heel droog en vergeven van zon. Toen we de net gekochte Fuchsia Machu Picchu plantten, stelde ik vast dat ik uit blijdschap begon te zingen. Zo ontstonden de allereerste zaadjes van de EP. Met het geïmproviseerde Fuchsia Machu Picchu lied. Initieel was het een herhaling van elke keer weer ‘Fuchsia Machu Picchu’. Niet meer dan dat. Ik bleef het maar herhalen als een mantra. Ik reed rond en het idee bleef maar doorwerken.

We reden onder meer naar Nashville om er een album af te werken. Ik bracht mijn elektrische mbira en een kleine versterker mee. Op een wat verloren moment tijdens de opnamesessies probeerde ik dan uit of ik er een song van kon maken. Misschien omdat het een andere locatie was, maar het wérkte. Ik was ergens anders en voelde me ontzettend vrij. Dat maakte ook dat ik de Fuchsia Machu Picchu lied als een realiteit zag. Dat was het allereerste dat ik schreef en opnam, al was er dan nog geen echt plan voor een EP.

En dan was er de geboorte van mijn dochter. Veel van de verhalen die deel uitmaken van de EP zijn die van mijn dochter, want ze heeft een ontzettend grote verbeelding en ze zegt de meest gekke dingen. Zoals de Elevator Boy Song, dat is helemaal haar verdienste. Dat is een goed verhaal. Ze was misschien een jaar oud. Op een gegeven moment voelde ze zich ziekjes. Ik verlegde haar hoofdje zodat ze haar medicijnen beter kon innemen. En vele maanden nadien hadden we wat vrienden op bezoek. Eerder toevallig nam ze een van de poppen waarmee ze speelde en doopte hem Elevator Boy. Dat was een echt moment. Zo eenvoudig en zo perfect. Dat zette me ook aan het denken. Wat is het verhaal van Elevator Boy, hoe kwam ie in ons leven terecht en zo meer. Zo ontstonden er gaandeweg meer liedjes en meer verhalen.

joachim22

WiM: en is ze naast de verhalen die ze aanbrengt misschien op het album te horen, bijvoorbeeld via samples of geluiden?
Nee, dat dan weer niet. Het had op zich natuurlijk wel gekund. Er was ook niet zo gek veel tijd voorzien voor de opnames. Die vonden plaats bij een van onze vrienden die een opnamestudio heeft.  Veel van de wat op de EP te horen is, zijn momentopnames tussendoor. Ook al zijn er maar zeven songs te horen, toch duurde het ontzettend lang eer de nodige tijd en ruimte gevonden kon worden om de opnames volledig af te werken.

WiM: Je bespeelt de mbira, wat een bijzonder instrument is. Kan je daar iets meer over vertellen ? Het is een elektrisch versterkte mbira, niet?
Ja hoor. Het is inderdaad een heel bijzonder instrument. Het is een array mbira. Een van de bijzonderheden is dat het model dat ik gebruik nogal afwijkt van een meer gebruikelijk of traditioneel mbira. Bijna custom made zeg maar, want het instrument is gemaakt door een goede vriend van me. Ik speel er al twintig jaar mee, met een akoestisch model. Maar slechts recent geraakte het instrument ook elektrisch versterkt, waardoor ik het in een gitaarversterker kan pluggen en mijn heel eigen weg ermee kan gaan.

De mbira die ik gebruik wordt elektrisch versterkt, wat de mogelijkheden ervan enorm vergroot. Bovendien heeft het instrument een heel eigen klankregister, waardoor je zonder al te gek veel te doen een heel apart geluid verkrijgt.

WiM: Even over het artwork van de EP. Hoe is dat ontstaan?
Dat is het werk van Desi Moore. Zij kwam ermee af. Het verwijst natuurlijk naar de legendarische Macchu Picchu piramides, maar eveneens naar de array mbira die bespeeld wordt. Die zie je in de lange strepen in de vleugels van de vogel. Het is een bijzonder en best opvallend beeld. We geraakten aan de praat over het artwork en er was een eerder algemeen concept. Het voelt ook heel erg lo-fi aan. Ik ben er echt heel blij en tevreden mee.

WiM: Hoe verhoudt de EP zich tot wat je live gaat brengen?
Er zijn best wel wat aanpassingen in de setup. Op het album is het grotendeels mezelf, met bijvoorbeeld wel inbreng van mijn vader op gitaar, maar live is het vooral de samenwerking met Sam Gendel, die in de band van mijn vader zit en daar de tenorsax speelt, maar in mijn band dan weer gitaar speelt. Dus het wordt echt wel iets anders dan de EP. Ik kan ook niet anders dan benadrukken hoe geweldig uitdagend die samenwerking met Gendel is. Bovendien plannen we in november wat nieuwe dingen op te nemen, dus in de liveset zit naast wat werk van de EP ook al wat nieuwe dingen. Al verschilt dat wat, avond per avond.

WiM: Ga je ook materiaal uit Love On A Real Train spelen?
Nee, dat niet. Love On A Real Train is gelijk een ander album. Een wat ander muzikaal idee ook. Love On A Real Train had vooral te maken met sound scapes, met samples, sferen en texturen. Soms denk ik er wel aan, om bepaalde songs uit dat album terug op te pikken. Al ligt dat niet zo gemakkelijk. Op dit moment, hier en nu, ligt de focus helemaal op de EP en het nieuwe werk.

WiM: Er komt dus nieuw materiaal. Kan je daar al iets erover kwijt?
Eigenlijk nog niet echt. De ontmoeting met Sam Gendel gaf een bepaalde richting aan de muzikale ideeën, dat staat vast. Dat merk ik nu ook in de livesets die we spelen in het voorprogramma van mijn vader. Elke avond doen we een vier à vijftal songs, een korte set dus die telkens weer ruimte en mogelijkheden biedt om echt iets nieuw en oorspronkelijk te brengen. Weliswaar zonder dat idee echt te rekken. Bepaalde dingen en parameters liggen vast, maar is echt veel vrijheid. En de samenwerking met Gendel is echt heerlijk.

Sam heeft ook een eigen achtergrond en doet de meest bijzondere dingen. Zo heeft hij een album met Wilkes gemaakt. Dat moet je echt eens checken.

Weet je, het voelt sterk aan op dit moment dat Sam in dezelfde muzikale zone zit als ik, we hebben ieder onze plek, ieder ons instrument. En dat biedt ons de mogelijkheid om in alle vrijheid ideetjes uit te wisselen, om echt samen te werken.

En ook: Sam is gitarist, maar voor deze muziek levert hij een unieke bijdrage. Op een willekeurige avond ging ik naar een concert en zag hem spelen. En toen bedacht ik dat Sam echt het geluid voortbracht dat een prima combinatie zou vormen bij die elektrisch versterkte mbira. En zo geschiedde.

Iedereen heeft zo zijn voorafbepaalde ideeën hoe een gitaar klinkt, maar bij Sam is dat helemaal niet zo. Hij doet echt gekke dingen met het geluid van een gitaar. En dat maakt het echt enorm boeiend voor mij als muzikant.

WiM: Dat is alvast iets om echt naar uit te kijken. Hartelijk dank voor het interview.