×

Concert

13 januari 2014

Drieluik met Hallo Venray, Bettie Serveert en Claw Boys Claw in Effenaar

Geschreven door: Ron Loontjens

Hutspot met Klapstuk. Hallo Venray, Bettie Serveert en Claw Boys Claw. Een drieluik uit de jaren 90. Zeg nou zelf. Wie komt er op het idee om drie Nederlandse garagebands uit de krochten achter elkaar te zetten.

Hallo Venray opgericht in 1987 door Henk Koorn. In 1992  The More I Laugh, The Hornier Due Gets uitgebracht waarvan Slow Change het tot radio 3 bracht. Het beruchte optreden op Pinkpop volgde waar Henk Koorn in netkousen het podium afstruint met een springapparaat. Nadien werd het helaas stiller en stiller rondom de van origine Haagse band.

In 1991 opgericht met een naam die verwijst naar voormalig tennisspeelster Betty Stöve. In september 1992 verschijnt de single Tom Boy, gevolgd door het zeer bekende debuutalbum Palomine. Bettie Serveert gaat toeren door Europa, Amerika en Canada. Pinkpop volgt in 1993 en 1995.

Ondertussen zijn er enkele wijzigingen in de band, maar Carol van Dyk en Peter Visser blijven de vaste waarden. In 2011 vieren ze in Paradiso hun alweer 20 jarige bestaan. En, in 2013 bracht Bettie Serveert alweer hun tiende studioalbum Oh, Mayhem! uit. Een heerlijk energieke plaat met een rauwe ongepolijste sound. Weinig stijlverandering, maar gewoon weer een sterk en typische ‘Bettie’ album.

En dan Claw Boys Claw. In een Crack My Nuttshell: Opgericht in 1983, waarna in 1984 het roemruchte Shocking Shades of Claw Boys Claw wordt opgenomen. Een nog roemruchter Pinkpopoptreden volgt in 1986 waar Claw Boys Claw hun live-reputatie meer dan waarmaakt. De ritmesessie, waaronder Bobbi Rossini verlaat de band. Er volgen enkele albums, waaronder Sugar en Nipple. Na Nipple komt de klad erin. Tot in 2008 de onwaarschijnlijke comeback volgt met Pajama Day. En dan komen ze in 2013 met het zeer goed ontvangen Hammer.

Hallo Venray trapt voor een al behoorlijk gevulde zaal af. Henk Koorn is misschien wel wat wilde haren verloren, voor de rest is er niet veel veranderd. Lekker droog, rauw, en bovenal, goed ingespeeld. Alleen….het leek wel alsof ze alles aan elkaar speelden. Maar je zag aan de heren, en bovenal aan Henk, dat er wel degelijk lol in zat. En over Japanese Cars. Tja, Subliem.

Dat Bettie Serveert een strakke set kon spelen was al jaren bekend. En Carol mag dan net als de rest enkele jaren erbij tellen, aan stem en gitaarspel heeft ze niets ingeboet. Palomine, Tom Boy en Receiver, allemaal top uitgevoerd met de gegroeide vocalen van Carol. Peter Visser kan dan een perfectionistische pietlut zijn, en zo staat hij ook op het podium, spelen kan hij wel. Springen, knielen, hij laat zijn gitaar gieren. Een prachtig samenspel tussen Peter en Carol. En tof te zien en bovenal te horen hoe Herman met zijn ronkende bas en Joppe hun draai gevonden hebben in het smashgeweld van Betty. Dit was een duidelijke ace.

Na Bettie Serveert volgt het klapstuk. Begin februari bracht Claw Boys Claw Hammer uit. In april 2013 stonden ze al in de Effenaar. Het was toen nog in een afgeladen kleine zaal. Toen was het al broeierig, zweterig en …. vul zelf maar in.  Nu is het weer uitverkocht, maar in de grote zaal. Daarbij is dit het laatste optreden van de Hammer tour. Een tour met enkele gedenkwaardige optredens. Denk aan ITGWO, Paradiso en Venlo’s Perron 55. Voorheen openden ze met Monky One, het broeierige nummer waarbij het lijkt alsof Salma Hayek ieder moment met slang en al het podium kan oplopen. Monkey One is al enige tijd als openingsnummer ingeruild voor Pretty. Blijkbaar kan Peter zijn stem met dit nummer goed opwarmen. Direct erna kunnen de moshpitters hun gang al gaan. So Mean. Het blijft een van de garagenummers bij uitstek. Uitgelaten volk, een moshpit van 43- plussers, bekers bier worden gegooid, welk Peter ook terug gooit, en de security staat al direct klaar om in te grijpen. Peter Te Bos knikt dat het goed is en wijst iedereen erop dat men al wat ouder is en de gemiddelde leeftijd bijna 60 is (al is Peter zelf ouder.) en dat de band gevraagd heeft om de veiligheidshekken voor het podium te verwijderen en dat ze “met een knipoog” voor de veiligheid instaan.

Claw Boys Claw’s Peter is gewoon als frontman een sympathieke brulboei en met de ogenschijnlijk rustige gitarist, John Cameron de stamlijst  van de oorspronkelijke bezetting uit de jaren tachtig. Marcus Bruijstens als zoevende en ronkende bassist en beukende drummer Jeroen Kleijn, alsof ze er altijd heeft bijgezeten.

De meeste bezoekers zijn naar alle waarschijnlijkheid al bij eerdere concerten van deze tour geweest. Een feest van herkenning, de “nieuwe” nummers als Wade en Under My Carpet maar ook Lava van Pajama Day worden onthaalt met enthousiasme, maar men gaat pas echt los bij de klassiekers met de opzwepende riffs en zware ronkende bassen bij Indian Wallpaper en Locomotive Breath. Oude tijden herleven. Te Bos, als een vis in het water op het podium, moet het nog steeds niet hebben van een verfijnde zangtechniek. Maar dat maakt werkelijk geen enkele moer uit. Al schreeuwend, bier weggevend en beledigend, iedereen eet uit de hand van het podiumbeest en men accepteert het.

Peter danst niet, hij beweegt. Hij springt het publiek in, loopt door de zaal en bedenkt bij terugkomst dat hij waarschijnlijk het podium niet meer op kan. Oplossing: hij laat zich al crowdliggend over het publiek terug naar het podium dragen. Zwetend en broeierig waarbij zelfs Dracula voorbij komt. En is het nou echt zijn zus die bij het Rosie het podium opkruipt.

Perfecte afsluiter is de ultieme en vuige Stooges cover I Wanna Be Your Dog. Alsof hij het zelf heeft geschreven. Garagerock ten top waarbij John Cameron ieder onderdeel van zijn gitaar gebruikt.  En waar is die fan gebleven die bij de toegift het podium opkroop?

Peter Te Bos meldde het al: Dit was het laatste optreden van de Hammer tour. Niet alleen was Hammer de verrassing van Nederlandse bodem in 2013. De tour sloeg helemaal alles. Een perfecte avond met een moddervette line up. Zo mogen de jaren 90 vaker worden gevierd. Om Arno Hintjens maar te citeren: We Want More.