×

Concert

29 september 2017

(G)oude(n) Neil Diamond in Sportpaleis

Geschreven door: Gust van de Wouwer

Label: Columbia

Neil Diamond wordt in de zogenaamde rock-‘n-roll-middens niet voor vol aanzien. En toch, enig speurwerk op het wereldwijde web leert ons dat Neil Diamond op de vijfde plaats staat in de lijst van artiesten met de meest verkochte albums aller tijden. Een verrassende vaststelling, vooral als je weet dat een zekere Bob Dylan in diezelfde lijst (slechts) op de achtste plaats staat. Ik veronderstel dat het feit dat hij in de zogenaamde rock-‘n-roll-middens niet voor vol wordt aanzien hem verder worst zal wezen. Die zogenaamde rock-‘n-roll-middens zouden trouwens beter horen te weten, Neil Diamond is immers de man die lang geleden songs schreef als I’m a Believer, A Little Bit Me, A Little Bit You (allebei hits voor The Monkees), Kentucky Woman (een song waarmee de neanderthalers van Deep Purple bewezen dat zelfs zij een zweem van goede smaak in zich hadden), And The Grass Won’t Pay No Mind (ooit opgenomen door de King himself), Girl, You’ll Be a Woman Soon (een nummer dat Pulp Fiction naar een nog hoger niveau wist te tillen) en Red Red Wine (een hit voor zowat iedereen die het ooit coverde). Zou iemand de zogenaamde rock-‘n-roll-middens trouwens ook eens kunnen zeggen dat vakkundig in elkaar gezette songs als Solitary Man, Sweet Caroline, Cracklin’ Rosie, Cherry Cherry en Holly Holy van Diamond’s hand zijn. Dit alles om de zogenaamde rock-‘n-roll-middens duidelijk te maken dat Neil Diamond niet de eerste de beste is. Dat laatste probeerde the man himself afgelopen donderdag aan een uitverkocht Sportpaleis duidelijk maken. Zijn optreden in het Sportpaleis maakte deel uit van de tour die Neil momenteel bezig is naar aanleiding van zijn 50-jarige aanwezigheid in de entertainmentsector. Niet verwonderlijk dus dat ons een setlist van om en bij de 30 songs werd voorgeschoteld die een pracht van een overzicht bood van ‘s mans indrukwekkend oeuvre (zowat alle boven vernoemde songs passeerden de revue).

Neil Diamond is een vakman, zoveel is duidelijk. Zijn begeleidingsgroep was dan ook eentje om door een ringetje te halen, stuk voor stuk rasmuzikanten waren het (13 stuks in totaal). Ook het podium zag er piekfijn uit (even waanden we ons zelfs in Las Vegas). Kortom, kosten noch moeite waren gespaard om de Neil Diamond-fans een onvergetelijke avond te bezorgen. Dit alles kon echter niet verbergen dat Neil ondertussen al 76 jaren op de teller heeft. Jaren die duidelijk sporen hebben nagelaten op ‘s mans stembanden waardoor een aantal van zijn songs de nodige slagkracht misten. Niet dat het veel uitmaakte voor de (vooral vrouwelijke) fans die bij zowat elk nummer collectief in zwijm vielen. Bij Solitary Man bijvoorbeeld, dat verrassend ingetogen werd gebracht maar vooral ook bij Love On The Rocks en September Morn, twee prachtig breed uitgesmeerde, van bombast bolstaande songs waarin Neil’s stem danig op de proef werd gesteld maar die wonderwel toch indruk maakten. Twee songs ook die duidelijk maakten dat Neil nooit een begenadigd zanger is geweest, zoals bijvoorbeeld een Frank Sinatra (daartegenover staat dan weer dat Sinatra nooit de songschrijver is geweest die Neil Diamond duidelijk wel is). Andere crowdpleasers waren onder andere Play Me (waarin ND bewees wat voor een meesterlijke entertainer hij is door steeds in dialoog te gaan met zijn fans), Song Sung Blue (door iedereen rechtstaand meegezongen), Beautiful Noise (een song die hij ooit schreef samen met Robbie Robertson van The Band), Dry Your Eyes (opgedragen aan alle terreurslachtoffers wereldwijd) en Forever In Blue Jeans (met sidekick extraordinair, Richard Bennett, op machtige gitaar). Het kippenvelmoment van de avond was wat mij betreft Brooklyn Roads waarin Neil terugblikte naar zijn wonderyears in die befaamde New Yorkse wijk, onvergetelijk. Het spreekwoordelijke Sportpaleisdak ging er helemaal af in de finale toen Holly Holy, I Am… I Said, Sweet Caroline en Cracklin’ Rosie achteloos voor de voeten van het uiterst dankbare publiek werden gegooid.

Conclusie: 76 levensjaren en de kwaaltjes die die met zich meebrengen konden Neil Diamond niet verhinderen om in het Antwerpse Sportpaleis zijn achternaam alle eer aan te doen. Wat de zogenaamde rock-‘n-roll-middens er van vonden doet verder niet ter zake.