×

Artikel

14 september 2019

De verrassingsoverwinning van het Britse Kokoroko

Geschreven door: Dick Hovenga

Label: Brownswood Recordings

Hoe snel bands momenteel een plek kunnen veroveren op de belangrijke podia bewijst het Oost-Londense jazzcollectief Kokoroko. Met hun track Abusey Junction op de baanbrekende compilatie We Out Here, het dubbel album dat de jonge Britse jazz begin vorig jaar in één keer pontificaal op de wereldkaart zette, verkregen ze zoveel streams op de digitale kanalen (alleen op You Tube al meer dan 20 miljoen!) dat er een ware hype rond de band ontstond.

kokoroko-band

Dit was voor hun allereerste 4 track EP, simpelweg de Kokoroko EP getiteld, dit voorjaar in de winkels kwam te liggen. Daarna ging het pas echt los. De belangrijke zalen in Nederland en België konden de band zo van de kleine naar hun grote zalen omboeken waar de band dan ook nog eens uitverkocht. Dat had de band rond trompettiste Shiela Maurice-Grey toch echt niet kunnen verwachten. Al wist ze natuurlijk wel dat ze met het vragen van Cassie Kinoshi (sax), Richie SeivWright (trombone), Mutale Chashi (bas), Yohan Kebede (toetsen), Onome Ighamre (percussie) en vooral zanger/gitarist Oscar Jerome een paar jaar geleden een wel heel interessante groep muzikanten bij elkaar bracht. Vooral Jerome, die afgelopen jaar ook op eigen kracht (en eigen band) zijn eigen doorbraak bewerkstelligde, draagt met zijn geschreven composities bij aan hun wereldse sound die door jazz, soul, Afrikaanse en Latijnse muziek beïnvloed is.

Een stijl die voor Maurice-Grey volledig verwant is aan Londen, de stad waar alle bandleden wonen. ‘Deze stad heeft zoveel verschillende mensen, zoveel verschillende nationaliteiten’, vertelt ze. ‘Je ziet de hele wereld hier. Veel van de invloeden die we in onze muziek stoppen komen uit westelijk Afrika, en dat is thuis voor sommigen van ons. De rest is de smeltkroes die Londen heet. Het feit dat we elkaar hebben leren kennen en samen muziek maken is dankzij deze stad’. Zoals zovele bands in Londen is ook Kokoroko een verzameling van muzikanten die in vele bands tegelijk spelen. ‘We zijn als Kokoroko al behoorlijk lang bij elkaar’, vertelt Maurice-Grey verder. ‘Maar vooral het succes van Oscar, en daar heeft hij heel erg hard voor gewerkt, hadden we niet zien aankomen. Fijn dat hij onder zijn eigen naam dan ook ons als muzikanten weer in zijn band soms meeneemt. Zo blijven elkaar steunen. Maar als wij dan niet kunnen kan dat net zo goed iemand anders uit de Londense jazzscene zijn (zo toerde Jerome door Amerika met Maisha drummer Jake Long).

Maar het succes van Oscar betekent ook dat we wel heel goed naar onze agenda’s moeten kijken om ook met Kokoroko optredens kunnen blijven doen. Hoe groot de scene naar de buitenwereld ook lijkt (en ook wel is), zo goed kennen we elkaar allemaal, houden we iedereen in de gaten. Het was mooi om in het najaar van 2017 de opnamen voor We Out Here en gelijk al te merken dat, dat album een grote impact op onze carrière zou gaan hebben. Maar ja, wat wil je ook, als onze held Shabaka Hutchings de musical director is en Brownswood Recordings, het label van grote jazzpromotor Gilles Peterson (met op de achtergrond zijn trouwe label metgezel en power force Emily Moxon) het album uitbrengt. Wij waren zo content met hoe ze dat album hebben uitgebracht dat we ons idee om onze eerste EP zelf uit te brengen (Oscar Jerome doet echt alles zelf en dat werkt uitstekend) aan hen uitbesteed hebben. En dat heeft voor ons, naast dat we ons dus ook volledig konden richten op het spelen, ontzettend goed gewerkt.

Opvallend ook hoe onze scene, die juist heel vinyl geïnteresseerd is, ineens zichzelf vergezeld zag door een enorme groep streamers die onze We Out Here track via alle digitale kanalen tot zich namen. Bizar hoe zoiets zo groot kan groeien. Dat hadden we echt niet zien aankomen. Vooral niet omdat we met onze muziek echt geen concessies doen, juist zelfs de diepte in gaan en mensen bewust willen maken van onze diversiteit en onze link met Afrika in het bijzonder. Zowel in muziek als in alles hoe we ons uitspreken en wat we uitstralen. Dat geeft hoop in een wel heel erg rommelige en verdeelde wereld. Althans zo spiegelt de media het ons voor. In de clubs en zalen merk ik van die verdeeldheid niets, daar is het namelijk met z’n allen met elkaar, precies dus zoals het leven met al die nationaliteiten in Londen ook is. De reden dat we muziek maken is echt niet alleen omdat we er zo van houden. We willen wel degelijk ook mensen bij elkaar brengen en laten denken over de wereld waarin we met elkaar leven en hoe goed we het ook juist met elkaar kunnen hebben. Als we daar maar een kleine bijdragen aan kunnen leveren vind ik het al geslaagd.’