×

Recensie

Electronic

14 maart 2019

The Cinematic Orchestra

To Believe

Geschreven door: Edwin Hofman

Uitgebracht door: NinjaTune

To Believe The Cinematic Orchestra Electronic 3.5 The Cinematic Orchestra – To Believe Written in Music https://writteninmusic.com

The Cinematic Orchestra is een groep met een grote reputatie. Hoewel het laatste reguliere album, Ma Fleur, alweer uit 2007 stamt – en dat was het derde sinds 1999 – verkocht men toch nog steeds met gemak zalen als The Roundhouse en The Royal Albert Hall uit. Ook Paradiso liep in 2015 nog gemakkelijk vol. En het moet gezegd worden: de groep maakte wederom veel indruk.

Nu is er dan eindelijk het vierde album. In de bio bij To Believe wordt bijzonder uitgebreid stilgestaan bij alle wapenfeiten en successen van The Cinematic Orchestra de afgelopen twintig jaar. Het lijkt bijna een manoeuvre om eenieder die door de geringe output van de groep was afgedreven, bij de les te houden.

Net als in het verleden zijn drijvende krachten Jason Swinscoe en Dominic Smith weer aan het werk met gegaan orkestrale melancholie, subtiele dance-invloeden en indringende, persoonlijke gastvocalen. Vooral dat eerste element, het orkestrale, domineert op To Believe. En dan vooral de strijkers, andere instrumenten blijven (helaas) relatief wat onderbelicht. Het album kent een fraai, kamerbreed geluid waaraan vijf vocalisten persoonlijkheid en gezicht mogen verlenen.

Moses Sumney opent met de titeltrack. Op voorhand een gedroomde combinatie. Sumney’s breekbare, zuivere zang is onontkoombaar in een landschap van akoestische gitaar dat langzaam aanzwelt tot epische proporties. A Caged Bird / Imitations of Life, met Roots Manuva achter de microfoon, overtuigt net even meer: minimale technosferen, een sombere piano en Roots’ stem die hier mooi tegenover staat. De refreinen zijn bijna barok te noemen. Verrassend.

De pathos ligt op de loer bij Wait For Now / Leave The World, met Tawiah. Natuurlijk zal The Cinematic Orchestra niet in de valkuil van het sentiment stappen maar deze track is vooral mooi en ontbeert ingrediënten die er een dwingend stuk van maken. Dat laatste geldt ook enigszins voor Zero One / This Fantasy, met Grey Reverend. Gelukkig zit het afsluitende A Promise, met Heidi Vogel, vol soul en is de muziek door haar indringende, meer fragmentarische karakter expressiever. Dit zorgt voor een mooie finale.

De overige twee tracks zijn instrumentals: Lessons is qua sfeer vergelijkbaar met de eerste tracks van To Believe maar is door de galopperende beat toch om andere redenen indrukwekkend. Het nummer trekt als een anonieme ruiter voorbij maar de boog staat continu mooi gespannen. The Workers Of Art opent fraai met bijzondere percussieklanken en ontpopt zich als een impressionistisch sfeerstuk met strijkers en piano. Zonder nu te willen vergelijken dwarrelt toch de naam van Craig Armstrong even voorbij en dat is niet de enige keer op To Believe, overigens.

Met zeven lang uitgesponnen, subtiel opbouwende tracks is To Believe een bijzondere luisterervaring waar je als vanzelf mindful van wordt. Aan de andere kant is de compositorische en muzikale oogst na twaalf jaar nu ook weer niet zo rijk dat dit album zich onder de beste werken van The Cinematic Orchestra mag scharen. In de concertzalen zal de muziek en voordracht van To Believe echter ongetwijfeld een mooie en sfeerrijke aanvulling vormen op het oudere werk. Want ook deze vierde plaat bevat natuurlijk gewoon weer het nodige moois.

 


  1. To Believe
  2. A Caged Bird / Imitations Of Life
  3. Lessons
  4. Wait For Now / Leave The World
  5. The Workers Of Art
  6. Zero One / This Fantasy
  7. A Promise