×

Concert

20 november 2017

New Fall blijft een heerlijk verrassend festival

Geschreven door: Dick Hovenga

Met een programma dat alle kanten opstuiterde was ook de zevende editie van het Duitse New Fall festival weer een fraai succes. Wederom van donderdag t/m zondagavond, in zowel Düsseldorf (de stad van oorsprong) en in Stuttgart, en verspreid over de vele podia die de steden kennen.

De opzet van New Fall blijft een opvallende. Vanaf het prille begin heeft de organisatie gezocht naar de perfecte locatie voor de acts die ze boeken. Er komen daarom verrassende locaties in zicht. Zoals de Johanneskirche (zowel de kerk zelfs als de ruime bovenzaal worden gebruikt), Robert Shumannsaal en de prachtige Tonhalle, dat voorheen een planetarium was en nu vooral voor klassieke muziek gebruikt wordt. Dat is wat Düsseldorf aangaat, de plek waar wij voor deze editie ook weer aanwezig waren.

De programmering was fris, divers en voor een groot publiek toegankelijk. Van crowdpleasers als Tom Odell, Glen Hansard en Michael Kiwanuka naar een cultband als Sophia en de nu eindelijk op waarde geschatte Julien Baker, Mogli en het fijn dwarse Tune-yards. De laatste drie speelden allemaal op de donderdag/openingsavond van het festival in Düsseldorf.

Wij startten op de vrijdagavond en die leek op voorhand met Sophia ook een mooie. De band speelde de avond daarvoor nog in de wel heel kleine zaal van de Melkweg. In de bovenzaal van de Johanneskirche was het gelukkig met een dikke 300 mensen heel wat drukker. En met een toegewijd publiek dat het songmateriaal van de band goed kent. Sophia, de band rond Robin Proper-Sheppard die met God Machine een magische status verkreeg, blijft een opvallend fenomeen. Veel van het nieuwe werk dat de band speelde weegt niet op tegen het oude werk (en vooral God Machine werk) maar de fans blijven supertrouw. (Zonde van zo’n song als California (van hun laatste album As We Make Our Way (Unknown Harbours) waarbij ik met de tekst al echt helemaal niets kan).

Het geluid in de zaal was goed en gaf het optreden de flair die het nodig had. Al viel wel op dat als de band even aanzette en die zo bekende donkere melancholie uit de gitaren getrokken wordt alles net wat meer indruk maakt. Op dat soort momenten valt de toch wat onopvallende stem van Proper-Sheppard mooi in het geluid en maakt de band echt indruk. De lekker lange volvette afsluiter met lekker zwaar aangezet repeterend gitaarwerk, tja daar hadden we wel een heel optreden mee gehad willen hebben. Dat Sophia een zeer trouwe fanschare heeft werd wel weer heel duidelijk toen na het optreden de merchstand zo ongeveer belaagd werd tientallen fans die daar hun slag sloegen.

Dat er ook duidelijk verschil zit tussen wat wij als Nederlanders mooie vinden en zij als Duitsers, loopt ook af en toe niet helemaal synchroon. Zo noemen zij Kensington, dat op de zaterdag op het festival speelde, indierock terwijl wij die term voor de band hier echt nooit voeren. Zo kwam ook singer-songwriter Alice Phoebe Lou in zicht. Vanuit Zuid Afrika naar Berlijn verhuist om daar op straat muziek te maken en al snel door de muziekpers en het publiek ontdekt en naar mooie zalen geduwd. Dat wordt dan weer indiefolk genoemd.

Lou speelde met haar trio (bas, drums) een voorbeeldige set maar de songs konden mij maar weinig boeien. Ik zat gedurende het gehele optreden heel erg te zoeken naar waarom het publiek nu enthousiaster was als dat ik kon worden. Waarschijnlijk puur een kwestie van opvatting in muziek. De songs bekleven me niet, haar zang ook niet echt. Charmant was het wel, nu nog goede songs zou je bijna zeggen.

Maar al was de muziek deze tweede avond nogal wisselvallig het gaf een mooie kans om de podia eens goed te bekijken en door de stad te lopen en te ontdekken hoe mooi op afstand de podia van elkaar liggen. Door een fijne logistiek kunnen er veel optredens gezien worden, hoewel ze zich in verschillende locaties afspelen. En inderdaad heeft elke zaal zijn eigen sfeer en daalt dat over de muziek af.