×

Recensie

Alternative

06 juni 2018

Joan of Arc

1984

Geschreven door: Frank Gesink

Uitgebracht door: Joyful Noise Records

1984 Joan of Arc Alternative 4.5 Joan of Arc – 1984 Written in Music https://writteninmusic.com

Singer-songwriter en multi-instrumentalist Tim Kinsella maakt al zeker vanaf 1993 invloedrijke en eigenzinnige muziek. De start was al sterk met de cultklassieker Burritos, Inspiration Point, Fork Balloon Sports, Cards in the Spokes, Automatic Biographies, Kites, Kung Fu, Trophies, Banana Peels We’ve Slipped on and Egg Shells We’ve Tippy Toed Over van de bijzondere emo/screamoband Cap’n Jazz, waarna onder andere de mathrock en dreampop van Owls volgde, zo ook Joan of Arc dat inmiddels alweer ruim 20 jaar bestaat. Deze projecten hebben soms zijn broer Mike en neef Nate in de band en soms ook weer niet. Dit zijn slechts een paar voorbeelden, want Tim Kinsella is een bezig bijtje en zijn muzikale output is al minstens zo onvoorspelbaar. Joan of Arc schrikt er niet voor terug om releases met abstracte veldopnames uit te brengen, terwijl het een jaar later in de weer gaat met noisepop, electronic  of punk.

Dan zijn er ook nog eens de los-vast bandwisselingen en releases waarop iedereen gevraagd wordt om gewoon mee te komen spelen. Dit resulteerde al in veel- en vooral bijzonder samenwerkingen met Angel Olsen, Califone,  LeRoy Bach en veel meer. Sinds een paar jaar kent Joan of Arc (waarschijnlijk) tijdelijk weer een meer “vaste” band bestaande uit, naast Kinsella zelf, Jeremy Boyle, Theo Katsaounis, Bobby Burg en Melina Ausikaitis.  Zij hadden op het vorig jaar uitgekomen album He’s Got the Whole This Land Is Your Land in His Hands geen echt vaste rol en iedereen mocht een instrument oppakken om een track mee op te nemen of gewon lekker te jammen. Enkel zangeres Melina Ausikaitis stond steevast naast Kinsella gepositioneerd, soms als tweede stem, maar soms ook met haar zang in de hoofdrol . Door de creativiteit en losheid werd dat een heel chaotisch album vol punk, electronic, noise, samples en meer.

Nu is daar alweer de nieuwe release, 1984. Nee, geen tribuut naar de Ryan Adams release, maar juist: het boek van Orwell. Daaromheen zijn jeugdfoto’s na geschetst. Literair, kunstzinnig en een beetje pretentieus. Ja, het voelt al gelijk weer als Joan of Arc. Groot was onze verbazing dan ook als we bij opener Tiny Baby enkel a-capella zang van Melina Ausikaitis horen en daar later pas spaarzame pianoklanken, bevreemdende samples en ambientdrones bij komen. Als je nu als luisteraar nog niet overtuigd bent kun je gelijk al op de “STOP PLAYING” knop drukken of het bekende vierkantje, want deze muzikale structuur vormt de basis voor het grootste deel van het album.

Ausikaitis mag zich hier ontpoppen als echte verhalenverteller. Verhalen vol nostalgie, frustratie, cynisme, maar ook zeker een duidelijke hang naar introverte fantasie. Zo sluit ze al gelijk in opener Tiny Baby de buitenwereld voor zichzelf af, gewoon omdat het af en toe heel fijn is: “I pretend that I’mma tiny baby, that can’t keep it’s eyes open”.  In Truck droomt ze nog even verder en verandert ze zelfs van gedaante als ze zingt, “I feel like a truck being driven down the highway. Nobody notices the sound that I make. With the windows rolled up and the radio playing, nobody notices the sound that I make.”, waarmee ze alweer dat onzichtbare en onopvallende benadrukt.  Een karaktereigenschap dat we ook zeker niet mogen verliezen volgens haar, want met “there’s no need to close the door on your personal hole, I’ll tell you why. It’s a place where only you can go” verheerlijkt ze dat escapisme nog maar een keer.  Misschien is het juist daarom dat ze volgzame hielenlikkers en prestatiegerichte dwangneuroten zo haat. De mensen die zichzelf, de creativiteit en hun eigenwaarde wegcijferen, enkel om zich te bewijzen aan de buitenwereld: ““you’re so sensitive, too low to get up out of bed, just die”, schreeuwt ze onder begeleiding van agressieve strijkers. Echter, ze waarschuwt ons vooral om niet al haar verhalen te geloven, aangezien nostalgie soms rare dingen kan doen met ons geheugen. “And that story about me and the cow, well it’s not true. But they repeat it anyhow.”

Zo is 1984 echt haar album geworden. Minimaal, elektronisch, sfeervol nostalgisch en verhalend. We horen er met al zijn spaarzaamheid en intimiteit haast een soort moderne versie van Bruce Springsteens Nebraska in. Dit wordt nog eens versterkt door Ausikaitis haar metersdikke Amerikaanse accent en een af en toe opduikend minimaal slidegitaartje. Kinsella kan het toch twee keer niet laten om de focus van haar af te pakken. Op Psy-fi / Fantasy pakt dat goed uit, omdat het wordt gedreven door een geluid dat nog het meest lijkt op wat er gebeurd als je een sigarettenvloeitje met een haarkam tegen je mond houdt en zo muziek probeert te maken. Een nostalgisch momentje voor ons, weten jullie het ook nog? De afsluiter komt helaas ook op zijn naam en daar klinkt zijn zang als een depressieve ezel die nihilisme en nostalgie door elkaar haalt. Uitkomst: verlangen naar…..niets. Het is de ezel vergeven, het is tenslotte een ezel. Toch, nu blijven we achter met een album dat bijna perfect is. Bijna, stomme ezel!

 Tracklisting 1984:

  1. Tiny Baby
  2. Vertigo
  3. Punk Kid
  4. Maine Guy
  5. People Pleaser
  6. Psy-fi / Fantasy
  7. Truck
  8. Vermont Girl
  9. Forever Jung

 



  1. Tiny Baby
  2. Vertigo
  3. Punk Kid
  4. Maine Guy
  5. People Pleaser
  6. Psy-fi/Fantasy
  7. Truck
  8. Vermont Girl
  9. Forever Jung