×

Concert

26 november 2016

Jan Swerts bezorgt publiek een emotionele mokerslag

Geschreven door: Philippe De Cleen

In het dagelijkse leven is hij leraar geschiedenis, maar daarnaast is hij al enkele albums lang een van de Belgische muzikanten waar we het allergrootste respect voor hebben. Jan Swerts werkt nochtans genadeloos traag, maar gestaag aan muziek die tijdloos is en die het meest van al gewoon hard binnenkomt. Zo was er Weg, een naar verstillende muziek vertaalde wandeling langs belangrijke plaatsen van zijn jeugd en iets later Anatomie Van De Melancholie waarop hij aan de slag ging met erg uiteenlopende persoonlijkheden (van Vossieboy tot filosofe Patricia De Martelaere). Twee albums, die ondanks de aanwezige verschillen, toch vooral de magische formule ‘minimalistische aanpak, maximaal bevrijde emotie’ hanteerden. En dan was er het nieuwe Schaduwland dat hij in de Roma presenteerde.

Op dat album deed de melancholieke Swerts het verhaal van een miserabel jaar. Werkelijk de ene tegenslag na de andere hoopte zich op, en muziek bleek uiteindelijk de enige uitweg om alle emoties te kanaliseren. Op dat album vertelt Swerts, hoofdzakelijk via zijn vertrouwde piano, over de schaduwlanden in de geest en neemt hij de luisteraar mee op reis. De Roma, met zijn glorieus verleden als cinema, bleek bij uitstek een meer dan geschikte zaal om er zijn fictieve horror-soundtrack aan het publiek te presenteren.

Als voorprogramma had Swerts Oaktree meegenomen, het electronicaproject van de jonge Adriaan De Roover. Samen met zijn uitstekend musicerende band (met o.a. Laura De Jongh op harp, Silke Janssens op keys, ewi en vocals, Hester Bolle op viool en de fantastisch spelende Willem Schonenburg op drums) verraste hij het publiek danig. De band had al drie EP’s onder de arm – stilletjes aan tijd voor een full album, denken we dan – en speelde zich onder meer met het zachtjes ontbolsterende Molecule en het prikkelende La Fin, songs die zich te goed deden aan de uiterst sfeervolle belichting in de aandacht als opwarmer.

En dan was het tijd voor de hoofdact. Echter wilde Jan Swerts eerst nog even iets kwijt. Een Sint-Truidenaar in Antwerpen voelde – zeker gezien de huidige politieke constellatie – behoorlijk wat onwennig aan. Met een grijnzend grapje wist hij het publiek gelukkig voor zich in te nemen.

Optreden bleek een enorm lastige klus voor hem te zijn. Want elke noot moest precies op de juiste plaats zitten. Daarop vertelde hij dat hij erg gevoelig was aan drukte, het geluid van glazen, gsm’s en andere storende geluiden. Hij zou het album integraal brengen als hoofdstukjes van een film en verzocht het publiek uitdrukkelijk om de aandrang na de nummers te klappen in te houden, zodat zijn verhaal op de juiste manier verteld kon worden. Al liet Swerts de nummers behoorlijk snel op elkaar volgen, zodat alles mooi en organisch via een fraaie beweging in elkaar leek over te vloeien.

Wie bij Swerts alleen aan piano dacht, ontliep wondermooi gitaarwerk tijdens Rustig Martha Het Is Allemaal Voorbij. Er Is Geen Enkel Gevaar Meer, dat voorzien was van een zijdezachte stem die fluisterde en zo tot op het bot ontroerde.

Het opgejaagde Iedereen Is In Elkaar Aan Het Storten, Sara, Behalve Jij was met zijn distorted violen en dissonant kader dan weer een danige beproeving. Telkens weer bleek hoe indrukwekkend dit gezelschap was en hoezeer Swerts & co direct op het gevoel inspeelden. Niet de plastieken emovariant, maar diep doorvoelde levenservaringen die muziek vertaald geraakten. En zo kreeg het aanwezige publiek een buitengewoon pakkend concert.

Het bleek soms een hele opgave om niet te applaudisseren voor de inzet van het fantastisch musicerende collectief (met bijzondere vermelding voor Marzo en Willems), maar de integrale uitvoering van het album leverde wel een grote meerwaarde. Swerts deed het publiek namelijk écht luisteren. In een maar al te drukke stad met al zijn continu aanwezige geluiden (de tram, toeterende auto’s,..) en immer aanwezige impulsen was dat een verwezenlijking op zich.

Een wondermooi kader en een aandachtig luisterend publiek dat genoot van de oorstrelingen van Swerts en zijn uitstekende muzikanten die hem omringden, zoals Gianni Marzo (Isbells), Karen Willems (Inwolves, Zita Swoon Group), Kevin Imbrechts (Illuminine) aangevuld met een sectie strijkers zorgden voor een concert dat diepe indruk maakte.

Wat ook opviel was dat het filmische aspect meer dan ooit aanwezig was. Wie goed keek naar de videoprojecties zag kleine fotofragmentjes op het scherm oplichten die deel uitmaakten van het verhaal. Zo zagen we projecties van horrorfilms als Night Of The Living Dead en Invasion Of The Bodysnatchers, maar ook verlaten wegen, auto’s, bosrijke gebieden en een meer stedelijke context. In misschien nog de meest opmerkelijke videostill liet Swerts een wetenschapper aan het woord over het einde van de wereld. Huiveringwekkend als je besefte dat hij ook zelf op diverse vlakken meerdere werelden ten einde zag komen.

Niet zelden had je als luisteraar live de indruk deelachtig te zijn van een ontzettend straf gebrachte, huiveringwekkende (horror) soundtrack, waarvan je instinctief gewoon aanvoelde dat het einde niet goed afliep. Ook interessant was dat Swerts soms ook minimalisme en zelfs leegte toeliet, tenminste als dat in het verhaal paste.

In zijn soundtrack, op plaat netjes opgedeeld in vier luikjes van ontkenning tot aanvaarding? (mét vraagteken), doken hoofdzakelijk vrouwen op (Martha, Claire, Becky, Ruth, Liza,..) en slechts enkele mannen (Raf, Jef). ‘Schaduwland’ riep melancholie en tristesse op, bijvoorbeeld tijdens het tranendal Ik Had Je Nooit Alleen Mogen Laten Becky. Spijt dat er niet meer op de stappen teruggekeerd kon worden. De tijd raast immers genadeloos voort en maakt soms brandhout van gekoesterde ambities.

Gaandeweg vorderde het concert tot er steeds meer verdween (het met subtiele strijkers verlichte Kijk Jessica Naar Al Die Lege Wegen bijvoorbeeld of het ronduit betoverende Breng Me Thuis, Raf, Red Me. Red Me.) tot het finale punt. Waarmee alles ineens leek te eindigen (Ze Komen Je Halen) en niets meer gezegd, correctie: zelfs niet kon gezegd worden (Er Is Niemand / Waar Ben Je?). Wat overbleef was stilte. Swerts en co gingen daarbij tot het verre uiterste. Eindhalte: een punt. Letterlijk gewoon een punt. Absolute leegte.

Een stevige krop in de keel maakte zich van ons meester. Wat kon je qua emotie immers na al het voorgaande nog kwijt?

De zaal veerde na de uitvoering van de suite spontaan recht. Swerts leek ons erg onwennig om te gaan met het grote succes. Hij vertelde dat hij bijzonder tevreden was met de zaal en de aandacht van het publiek. Als bis zou hij nog 2 nummers spelen uit eerder werk. ‘En dan nu tijd voor de hits’, zo kondigde hij kurkdroog aan. De platenfirma had er immers op aangedrongen. En zo kregen we een meer dan fantastisch uitwaaierend Een Verlangen Naar Ontroostbaarheid (uit: Anatomie Van De Melancholie), dat uiteraard opgedragen werd aan de filosofe Patricia De Martelaere wiens werk een onuitwisbare stempel op Swerts naliet. ‘Een van de allermooiste titels ooit’, zo leidde hij de compositie in. Een kras op onze ziel was dit, zo weergaloos mooi. Als ultieme finale koos hij voor een tweeluikje uit het debuut Weg, met name Singelstraat 11 en Alkenstraat 9 om het concert alsnog enig Antwerps cachet te geven.

En dan zat het er echt helemaal op. Swerts & co speelden een ontzettend mooi en melancholie-opwekkend concert, maar boden vooral een (emotionele) mokerslag van jewelste. Ronduit pakkend. Dit Was Een Fantastisch Concert, Jan. uitroepteken. punt.