×

Concert

06 juli 2018

Het fenomeen Jeremy Dutcher, Ani diFranco en Bombino

Geschreven door: Dick Hovenga

Verrassingen zijn altijd welkom op een festival, vooral als ze heel erg onverwacht komen. Op onze laatste avond in Montreal (morgen op weg naar het noordelijk gelegen Quebec voor nog veel meer muziek) worden we zeer aangenaam verrast door Jeremy Dutcher, een zanger/pianist uit New Brunswick, die tegenwoordig in Toronto woont.

Jeremy Dutcher

Hij is de afgelopen 5 jaar bezig geweest de originele muziek van zijn voorouders te verzamelen en deze voor de toekomst te bewaren. Wolastoqiyik Lintuwakonwa (Malaseet Songs) is de titel van zijn eerste album, waarop hij de songs uit de overlevering van de originele bewoners van het gebied van het Amerikaanse New Brunswick naast Montreal, de zogenaamde Wolostoq, nieuw leven in heeft geblazen. Gezongen in de originele taal ook, voordat ook deze is uitgestorven (zoals hij vertelt tijdens het optreden zijn er nog maar rond de 100 mensen die deze taal kunnen spreken).

Het levert een zeer bijzonder optreden op. Dutcher is een klassiek getraind zanger die met een enorm bereik zingt, maar in zijn pianospel juist prachtige melancholiek en melodieuze toon weet te vinden. Juist ook doordat hij de geschiedenis van zijn voorouders ook in de teksten tussen de songs door tot leven weet te wekken weet hij goed te raken. Normaliter zou zo’n geschoolde klassieke stem mij niet pakken, maar zijn pianospel is zo prachtig en die combinatie van stem en spel zo goddelijk dat ik al snel helemaal om ben.

Terug in het hotel check ik wat er van hem te vinden is op YouTube, maar alles wat ik zie kan de live performance maar niet in herinnering brengen. Dat Dutcher muzikaal doorgroeit mag duidelijk zijn, veel van de opnamen zijn van langer terug. Nu ook maar zijn album scoren en luisteren hoe dat klinkt. Live is Dutcher in ieder geval een fenomeen die met zijn verhaal en zijn voordracht zeker naar de Lage Landen gehaald moet worden.

Ani diFranco treed op in het grote Theatre Maisonneuve waar eerder deze week ook Ry Cooder en Boz Scaggs speelden. Die deden dat voor uitverkochte zalen, nu is het opvallend veel rustiger vreemd genoeg. Zo vaak treedt diFranco niet in Montreal op, hoewel ze via haar moeder Canadese roots heeft en ze hardop nadenkt om Trumps Amerika te verlaten en in Canada te gaan wonen. Het publiek, met natuurlijk erg veel vrouwen, is echter super enthousiast dus qua sfeer wordt er niemand in de zaal gemist.

DiFranco heeft de avond voor haarzelf, geen voorprogramma, dus ze kan een extra lange set spelen. Ze heeft meer dan genoeg songs om een set te vullen met een dwarsdoorsnee van haar oeuvre. Met veel latere songs in het begin en de songs waar ze echt bekend en groot mee werd later in de set.

Begeleid door een drummer en bassist en diFranco zelf op akoestische gitaar is de sound kaal, maar dat komt ook vooral door de manier waar diFranco altijd gitaar speelt. Veel slag en ritmiek. Heel veel variatie zit er niet in haar spel waardoor de songs ook vaak wat eenduidig klinken. Wat dat aangaat zou meer aankleding in instrumentatie de songs naar een hoger plan tillen. Ze moet het ook echt hebben van haar prominente teksten en haar podiumpersoonlijkheid, de verhalen die ze tussen de songs vertelt. En natuurlijk het enthousiasme waarmee ze haar songs zingt en speelt. De zaal, vol fans zo blijkt al snel, is al vrij snel om.

Bombino, de band rondom Omara ‘Bombino’ Noctar, doet in L’Astral laat op de avond waar hij heel goed in is: het publiek vanaf het allereerste moment in beweging brengen. Met zijn nieuwe album Deran als uitgangspunt weet de band de volle zaal binnen no time enthousiast aan het dansen te brengen. De muziek, die zo aanstekelijke swing van de Tuaregs, is dan ook van een onvergelijkbare soort. Bombino is, in de slipstream van Tinariwen, dan ook uitgegroeid tot een waar fenomeen.

De teksten, allen in het Tamasheq gezongen, zijn natuurlijk voor de gemiddelde bezoeker onverstaanbaar, maar werken puur om de swing te verhogen, vooral ook omdat ze vaak met drie stemmen tegelijk gezongen worden en vaak op de beat van de drums hangen. Bombino is immer een fijne band om te zien en om op een festival te hebben. Oorspronkelijke, eerlijke muziek komt altijd binnen.

Foto: Benoit Rousseau

Meer Festival International de Jazz de Montréal 2018: