×

Concert

25 februari 2017

Flying Horseman verovert publiek met Rooms/Ruins

Geschreven door: Philippe De Cleen

Wat aangekondigd werd onder werktitel Panama werd nu plots Rooms/Ruins. Een project / creatie waarvoor de experimentele rockgroep Flying Horseman van kunstencentrum De Singel carte blanche kreeg. Meteen de gelegenheid voor artist-in-residence om een nieuw werkprocedé te hanteren: eerst de optredens, dan pas een nieuw album dat eind dit jaar of begin 2018 verwacht mag worden. Geen radicale stijlbreuk, maar toch weer iets nieuws met drie in elkaar overvloeiende suites. Met die erg cryptische synthese trokken we naar de Singel.

Voor het eerst kon de groep onafgebroken lang en volledig bevrijd van druk of zijprojecten haar muzikale evolutie in kaart brengen. Flying Horseman presenteerde in première voor een net niet uitverkochte Singel nieuw en onuitgebracht materiaal dat bedacht en ontworpen werd tijdens hun residentie. “A new thing”, zo heette het. Een nieuwe creatie die nu voor het eerst aan de wereld geopenbaard zou worden en uitmondt in een korte(re) tournee langs België en Nederland.

Nog steeds is erg duidelijk hoe de creatie, noem het de artistieke muze, hen leidt. Commerciële overwegingen of toegiften zijn er ook nu weer niet. Die koppigheid en eigenzinnigheid sierde hen. En dat apprecieerde ook het zittend, aandachtig geconcentreerde publiek dat hen al van bij het betreden van de zaal een erg warm welkomstapplaus gaf.

We hadden de groep al meerdere keren en in erg verschillende locaties aan het werk gezien, maar vooraf was al duidelijk dat dit optreden iets bijzonders zou worden. Voor een experimentele groep als Flying Horseman is het misschien niet zo ongewoon dat ze wat afwijkt van de doorgaans wat kleinere en meer intieme try-outs. Toch kan het, zoals gitarist Bert Dockx in een interview aangeeft, behoorlijk interessant zijn om voor een zittend (luister)publiek te spelen terwijl de groep live net teert op de dynamiek van een uit de bol gaand publiek.

De zenuwen stonden wat strakker dan anders, zo merkte je tijdens opener The Key waarin Dockx meerdere keren naar het defecte lichtlampje van zijn staander wees. Ondanks de technische mankementjes viel alles echter snel in de plooi en vloeide de ene na de andere song vlot en organisch in elkaar over.

Opvallend was ook hoe de drumkit van Alfredo Bravo Ebner centraal stond. Zijn drums en percussie speelden net als de electronica (Milan Warmoeskerken) en synths (zusjes Maieu) meer dan ooit een belangrijke rol in het groepsgeluid. En dan heb je natuurlijk nog zanger/gitarist Bert Dockx die soms fenomenale,op het manische af Marc Ribot-achtige freakjazzgitaarsolo’s uit zijn gitaar haalde maar evengoed ook tragere, zachtere akkoordenprogressies liet horen.

Als vanouds hoorde je nachtelijke bespiegelingen over de liefde (“the night grows deeper”), maar viel er tussen de regels en op de achtergrond ook een politiek-ideologische boodschap (“serve your community the best way you can!” en iets verderop “your demise in my head”) te rapen. Ook twijfels en onzekerheid hoorde je (“Can you see me standing here? / Should I come back later?”).

De groep laafde zich aan allerlei genres (blues, funk, soul,..), maar koppelde die via aan Brian Eno en Huerco S. ontleende ambient en electronica ook aan een erg modern en hybride groepsgeluid dat stevig indruk maakte. Het was dan ook heerlijk verdwalen in het doolhof van soms nog erg ruwe songs die Flying Horseman, mee dankzij de erg knappe overgangen, aan haar fans presenteerde : zo hoorden we evengoed trage, verstillende passages als een eerder stevig uit de kluiten gewassen rocksound die nog eens aangedikt werd door rookgordijnen. Naar het einde toe kregen we een eerder dromerig geluid, met intiem klinkende songs waarin de sterren flonkerden en er vanuit het donkerte “There’s no escape” te horen viel.

Wat opviel was hoe Flying Horseman meer dan ooit een erg goed op elkaar ingespeelde groep muzikanten is. Dat hoorde je aan de manier waarop de songs kundig aan elkaar gelast werden en dat zag je evengoed aan de glimlachende gezichten op het podium. Zo liet gitarist Bert Dockx na de set weten dat ze erg verheugd en opgetogen waren nu de nieuwe creatie eindelijk de wereld in kon.

De groep speelde vol zelfvertrouwen en liet een erg goede indruk na. Al viel ook op te merken dat zij het qua bindteksten als vanouds erg beknopt hield. Slechts een droog, maar welgemeend “bedankt om te komen allemaal” volgde. Waarna de groep alsnog los kwam in het half theater/half concert. Ze hadden nog twee, iets oudere songs voor de fans in petto : het “slaapliedje” Ghostwriter en het uit het recente Night Is Long gehaalde Brother, dat aangekondigd werd als een feestje voor henzelf.

Rooms/Ruins was een erg geslaagd, negentig minuten durend experiment vol onderhuidse onrust. Kortom: een spannend, maar erg succesvol optreden. Daar waar initieel de zenuwen strak aangespannen waren, viel dat gaandeweg helemaal weg. Een erg goed teken aan de wand. Na een eerste set in De Singel valt de nieuwe creatie van Flying Horseman onder meer te bewonderen in zowel België als Nederland. Eerstvolgende haltes zijn de AB (1/3), Handelsbeurs (2/3). Verder speelt de band het materiaal ook in Utrecht (17/3), Diksmuide (18/3), Genk (22/3), Amsterdam (23/3) en Nijmegen (24/3).