×

Concert

10 juli 2019

Down The Rabbit Hole: levende legendes en legendes in wording

Geschreven door: Steven Frölke

We beginnen het tweede dagverslag met een fun fact over Down The Rabbit Hole: alle podia zijn vernoemd naar verschillende konijnenrassen. Het is een van de vele details die het festival in Beuningen zo ontzettend leuk maken. Zo heb je de Hotot, het hoofdpodium in de open lucht dat is omringd door heuvels, zodat de rustige concerten zittend op het gras (zolang dat er nog is) kunnen worden aanschouwd. De Teddy Widder is de grootste tent; bij regen vormt het een toevluchtsoord, bij zon kunnen festivalgangers op een heuvel via de beeldschermen buiten ook nog concerten op een rustige manier meemaken. Dan heb je ook nog de Fuzzy Lop, de zwarte donkere tent, ideaal voor de wat duistere artiesten of muzikanten die het liefst een tent van begin tot eind op zijn kop zetten. Verreweg de gezelligste concerten vinden plaats op het Future Fuzzy Field, het terrein naast de Fuzzy Lop, waar ook nog een klein openluchtpodium staat waar eigenlijk onafgebroken de bizarste feestjes plaatsvinden.

Een paar minuutjes googlen heeft mij geleerd dat de Teddy Widder mijn favoriete konijnensoort is van de drie. In de tent vernoemd naar het kleine schattige haarbolletje begon de middag alvast fijn: het Britse producerduo Maribou State smelt sterk bewerkte zangsamples samen met warme harmonieuze elektronica tot een toegankelijk en vooral soulvol geluid. Het eindproduct zit erg strak in elkaar, ook live. Misschien soms iets te strak, een wat rauwere liveversie die wat meer afwijkt van het origineel zou niet misstaan. Feel Good, een samenwerking met Khruangbin (dat een dag later in de Hotot zal gaan spelen) doet het live erg goed. Na het eerste nummer komt ook zangeres en frequent collaborator Holly Walker het podium op, en vrijwel het hele concert blijkt ze een welkome versterking, vooral omdat er niet al te veel variatie het Maribou State-oeuvre zit. Op een middag waar de zon altijd op de loer ligt, komt het melancholische Midas of het mooie Steal perfect aan. De wat tamme afsluiter zónder zangeres had ook zeker een vleugje Holly Walker kunnen gebruiken, al eindigt het wel in een fijne climax met zo’n beetje het eerste atonale akkoord van het optreden.

Een uurtje later is daar dan de eerste grootheid van de dag, Kamasi Washington. Sinds zijn toepasselijk getitelde, drie uur durende The Epic uit 2015 is elke superlatief in het woordenboek inmiddels wel een keer gebruikt om de uit Los Angeles afkomstige tenorsaxofonist te omschrijven. Misschien niet de innovatiefste saxofonist van 2019, maar waarschijnlijk wel de bekendste. In de periode 2014-2016 groeide Washington snel in bekendheid door vele samenwerkingen met Flying Lotus, Thundercat, Kendrick Lamar en D’Angelo, waarin zij een officieuze beweging vormden waarmee ze sterk politiek geladen meesterwerken de wereld in slingerden (zoals Black Messiah, To Pimp A Butterfly en ook The Epic, onder andere). Op het podium stond Washington met een gigantische band, gewapend met twee gigantische drumstellen die elkaar knap niet in de weg zitten. De muziek is erg op nostalgie gebaseerd, een tijdreis door de jazzgeschiedenis. Om al deze redenen voel je je eigenlijk hartstikke schuldig wanneer je zegt dat het live allemaal niet zo heel spannend is. De band bestaat uit alleen maar virtuozen, maar eigenlijk was het vijftallige Ezra Collective van een dag eerder een stuk meer vooruitdenkend en daarmee interessanter.

Onderweg naar de meest besproken nieuwkomer van de Britse hiphop word ik eerst nog overvallen door een uitzinnig publiek op het Future Fuzzy Field. Geen enkele tafel wordt nog gebruikt om aan te zitten, maar vormt het fundament van een grote apenkooi die de band HENGE aanvoert. “Thank you human beings, you look like a fine species!”, schreeuwt een ruimtemannetje – ofwel bandleader Zpor – net wanneer ik aankom. Zoals iedereen weet: Zpor vluchtte miljarden jaren geleden weg van zijn planeet in het sterrenstelsel Sirius, en kwam uiteindelijk met een drummend amfibie en andere gekke dansende aliens terecht op het festivalterrein van Down The Rabbit Hole. Nog iemand anders houdt bordjes vast waarop de tekst van het laatste knallende nummer Demilitarise staat. Het is al lang aan het regenen, maar het optreden is simpelweg té leuk om te laten schieten, en het publiek danst en zingt fanatiek mee. “We demand that the weapons of war are manufactured no more, demilitarise / We demand that we have in this place, means to unite, and colonise space.”

Foto: © Matthijs Mekking, 3voor12

Foto: © Matthijs Mekking, 3voor12

Het mooie van festivals in 2019 is dat je niet meer naar Slayer toe hoeft om je dagelijkse dosis agressie kwijt te kunnen. Voor de zwaarste moshpits kan je nu gewoon terecht bij Britse straatschoffies, die agressieve teksten naar het publiek schreeuwen en over het podium stuiteren. Bewijsstuk A: Slowthai. Eerder dit jaar bracht de hiphopper het goed ontvangen Nothing Great About Britain uit, waarin hij politiek geladen teksten over Brexit en Theresa May over harde ritmische beats uitspuugt. Op het podium duurt het niet lang voor zijn shirt uitgaat, en dat is begrijpelijk: wát een energie! In een ijzersterk optreden vol humor zwengelt hij de ene na de andere moshpit aan. Vroeg in de show wijst hij een willekeurige jongen aan, vraagt om zijn naam, en benoemt hem tot moshpitleider van de avond. De rest van het publiek draait vanaf nu als een draaikolk om de leider rond. Als je niet zo van het duwen en trekken bent, heb je dit uur even pech.

Slowthai

Vanaf de Slowthaishow begint een zeven uur durende concertreeks, met legende na legende, de een nog beter dan de andere. Eerder op de dag noemde Kamasi Washington zijn twee drummers de twee beste drummers ter wereld, maar de échte beste drummer ter wereld speelde later op de dag echter op de Hotot, en zijn naam is Questlove! Een van de bijzonderste namen op het affiche van het weekend is toch echt The Roots, die niet vaak op festivals zoals deze in Nederland te vinden zijn. Vooral in de zogenaamde ‘Golden Age’ van hiphop in de jaren 90 maakten ze er een gewoonte van om klassieker na klassieker te droppen, tegenwoordig zijn ze wellicht meer bekend als fenomenale huisband van The Tonight Show met Jimmy Fallon.

Het is inmiddels al lang aan het regenen, maar dat mag de pret bij The Roots niet drukken. Elk lid van de tienkoppige band is een professional in de puurste zin van het woord, en die verdienen allemaal een waardige solo. Om dat allemaal in een optreden van een uur te proppen begint bassist Mark Kelley al met de eerste geniale solo. In de rest van het concert valt Captain Kirk Douglas op zijn knieën met een gitaarsolo van jewelste, komen verschillende klassieke covers in hoog tempo voorbij (Curtis Mayfields Move On Up, Wu-Tang Clans C.R.E.A.M. en nog veel meer moois), en doet de onvermoeibare rapper Black Thought – een van de beste rappers aller tijden trouwens – een dansje met de grote blazerssectie. Die covers moeten ongetwijfeld voor een groot deel zijn uitgekozen door de wandelende muziekencyclopedie Questlove. Toch is het eigen werk gewoon het mooist: The Next Movement en You Got Me zijn hiphophistorie waar je me ’s nachts wakker voor mag maken.

Na een schaarse en welverdiende pauze is dan Vampire Weekend aan de beurt op hetzelfde podium. Na een muziekloze periode van zes jaar kwam dit jaar weer eens een fijn nieuw album, Father Of The Bride. Met voorganger Modern Vampires Of The City werd de indiepopband omarmd als lievelingetje van de gemiddelde popcriticus, met vooral Pitchfork als grote fan. Een van de grootste namen van het DTRH dit jaar dus, al stonden ze niet zo hoog op het affiche als je misschien zou verwachten. Live zijn ze eigenlijk wel prima. Het is een band die het vooral moet hebben van de ‘herkenningsfactor’. De grote hits als Holiday laten de bezoekers op een overvol veld moeiteloos springen, minder bekendere nummers laten het publiek ietwat vertwijfeld achter. Nieuwe nummers worden live wel in een mooi jasje gestoken; Harmony Hall is live een stuk intiemer, en raakt alsof je niet met massa van duizenden mensen op een veld staat. Een bijzondere touch kwam uit het niets: het prachtige terrein werd door een mooie zonsondergang oranje verlicht, terwijl ook nog een regenboog over het hoofdpodium spande.

Vampire Weekend

Meteen na Vampire Weekend werd gehaast naar wat het állerbeste concert van het weekend zou worden. Daar stond de door critici meest bewierookte artiest van de 21e eeuw, maar dan voor zijn werk met Radiohead. Een artiest die gek genoeg nog niet zoveel succes had geboekt met solowerk, tot deze maand dan. Thom Yorke bracht zeer recent ANIMA uit, een prachtig elektronisch album dat in combinatie met een korte op Netflix uitgebrachte film uitkwam. Live werd dat album alleen nog maar mooier en mooier, absoluut niet op de laatste plaatst door de adembenemende visuals van de Nederlandse (!) kunstenaar Tarik Barri. Met een zelfgeschreven softwareprogramma vertaalt hij geluid van Yorke naar visueel prikkelende beelden. Samen word een psychedelische droomwereld gecreëerd, met die typische spokende vocalen van een geweldige Thom Yorke die je langzaam in een diepe trance meesleuren. Het was een geweldige zet om het trage optreden pas tegen de late avonduren in te plannen, nu het buiten en dus ook binnen helemaal donker was: de enige lichtbron van de duistere omgeving waren de intense visuals van Tarik Barri. Ook nog eens knap dat een tent stil werd gekregen met zulke trage muziek, en bovendien een tent vol festivalgangers die zich klaarmaakten voor een flinke technonacht. De gelukkige bezoekers van dit optreden hebben een unieke en legendarische show meegemaakt, die we waarschijnlijk niet nog een keer zullen meemaken.

Groter kon het contrast niet zijn met Underworld, de enige waardige afsluiter van een gewéldige festivaldag. Het duo is al actief sinds 1980, en ze zijn belangrijke pioniers van elektronische dansmuziek zoals we die nu kennen. Eigenlijk is het gewoon gek dat we met zijn allen niet meer praten over Underworld anno 2019 dan we nu doen. Het laatste studioalbum Barbara Barbara, we face a shining future uit 2016 is gewoon van een vergelijkbaar niveau als het nog steeds relevante Dubnobasswithmyheadman uit 2014. Elektronische artiesten willen weleens moeite hebben met het albumformat, Karl Hyde en Rick Smith hebben het inmiddels al uitgespeeld, en blijven op 62- en 60-jarige leeftijd nog vrolijk vernieuwen. Voor hun project Drift dat sinds november 2018 bezig is brengen ze élke week een nieuw nummer uit, opbouwend naar 52 nummers in evenveel weken. In de tussentijd wordt er ook nog volop getourd, en hoe!

Tegenwoordig wordt er voornamelijk nog gesproken over de fenomenale liveshow, en dat is ook terecht. Elk optreden varieert van setlist, waardoor je altijd een unieke show meemaakt. Op DTRH begon Underworld gewaagd met nieuw materiaal van Drift, Listen To Their No. Het was meteen een knallend begin van een optreden dat niet zou ophouden met knallen. Ik had graag If Rah van het laatste album gehoord, maar met veertig jaar aan muziek wordt die kans natuurlijk klein. Wel deed Low Burn van hetzelfde album het uitstekend, en uiteraard werd er afgesloten met megahit Born Slippy (Nuxxx), dat tegenwoordig op een nieuwe manier gearrangeerd is voor de liveshow. Het was een topafsluiter van een overvolle maar geweldige muziekdag. Ik mag dan wel de jongste schrijver zijn van Written in Music, na zo’n programma kon ook ik weinig anders dan de tent opzoeken, om me klaar te maken voor een laatste festivaldag. Ook die beloofde een mooie te worden.

Meer Down The Rabbit Hole 2019: